Login 
banner
 
 
 
 
Oever !? Activiteiten Nieuwsbrief Ledenluik
   Deze week
   Op datum
   Deze maand
   Ook voor Niet-leden
   Periodieke activiteiten
   Op soort
   Zoek activiteiten
   Reservatieregels
   Fuiven
   Weekends en Reizen
   Afspraakplaatsen
   Carpooltarieven
   Verslagen
   Annulatievoorwaarden
 
  U bevindt zich hier Activiteiten U bevindt zich hier Verslagen terug vorige   print print
delen mail
 
NIEUWSBRIEF
Verzend  Alleen link
ACTIVITEITEN
pijl lApril 2024pijl r
madiwodovrzazo
1234567
891011121314
15161718192021
22232425262728
2930     
MEEST GELEZEN
Oever !?
Deze week
FUIVEN Singles
Activiteiten
Foto's
Nieuwsbrief
ZOEK op oever.be
google-logoOk
Verslag van VR 11/02/2011titel
subtitelYvoir
 
 
 
 Een GPS! Leuk is dat. Eindelijk eens een middel om nu eens echt ontspannen te rijden en toch zonder problemen je bestemming te bereiken. En je wordt geleid vanuit de hemel. Echt waar! Neen, ditmaal niet door zedige en geslachtsloze engeltjes, wel door echte satellieten. En zulks met een bijzonder grote precisie. Je bent minstens met drie ervan tegelijk verbonden. Ze volgen je vanuit de ruimte. Ze zijn je welgezinde ‘big brothers’. Als bezorgde broers leiden ze je inderdaad. En hoe! De sublieme wijze waarop je de aanwijzingen dan hoort, spreekt zo tot de verbeelding dat je er wel eens meer het rechte pad zou bij verliezen. Stel je voor: een onzichtbare dame met een hoogst bevallige stem wordt plots je gids. Op een naar mijn aanvoelen behoorlijk zwoele toon, zucht ze dat je nu eens links moet ‘aanhouden’, en wat later weer rechts. Ze zegt niet dat je links of rechts moet indraaien. Neen. Want dat zou ik direct begrijpen. Ze gebruikt het woord ‘aanhouden’. En dat roept bij mij herinneringen op uit een ver en kinderlijk verleden. Ik hoor het mijn moeder nog zeggen: “De melkboer wil met de meid aanhouden”. Al weet ik nu niet meer of dat nu links of rechts was. Ik begreep er uit dat die melkboer bij het aanschouwen van zoveel vrouwelijk schoon - onze meid was van het vurige en corpulente Spaanse type - behoorlijk van zijn melk was. Mijn moeder waarschuwde nog dat het hem zuur zou opbreken. Wat zij daarmee bedoelde, verstond ik niet echt. Ik vond zijn melk alleszins nooit zuur.
Terug naar onze GPS. Wil ik dus op het rechte pad blijven, dan moet ik volgens die kreunend zwoele stem ook af en toe eens links of rechts ‘aanhouden’. Denkt die nu echt dat mijn wagen zo breed is dat ik aan beide zijden een bevallige dame heb zitten waarmee ik om beurt iets wil beginnen? Misschien moet ik veiligheidshalve ook een bordje in mijn auto plaatsen zoals er vroeger in de autobussen hing: “Gelieve den geleider niet te verstrooien”. Maar hoe kan je nu een geleider in dienst verstrooien? Ik moest dan telkens aan een asweide denken. Ik zag helemaal geen verband tussen “den geleider” en zijn laatste rustplaats. Pas later begreep ik dat die uitdrukking betekende dat je zijn aandacht niet van het verkeer mocht afleiden. Versta je nu dat zo’n zwoele GPS - dame me ernstig van de wijs brengt? Hou met zulke aanwijzingen je aandacht maar op de weg. Mij lukt dat niet steeds. “Herberekenen” hoor ik voor de zoveelste keer. Ja, dat moest, volgens mijn moeder, die melkboer toen ook doen. Hij kreeg de rekening bij zijn echtscheiding gepresenteerd. “En ‘ze’ was niet mals”, zo voegde mijn moeder er nog fijntjes aan toe. Ook dat verstond ik niet, want als kind vond ik de schoot van onze Spaanse furie daarentegen wel bijzonder mals.
Maar kom, rijden nu, je aandacht op de weg houden. En dit nog een tijdje. En als je dan ’s avonds in het donker de laatste straatlantaarn reeds ver achter je hebt gelaten en je zo ongeveer het einde van de wereld hebt bereikt, hoor je plots weer die zwoele stem die eindelijk de verlossende woorden uitspreekt: “bestemming bereikt”.
Daar sta je dan, midden tussen de weiden. Met een paar koeien die je staan aan te gapen alsof je een nieuw soort Alien bent. Gelukkig ontwaar je iets verder in het schemerduister ook een wegwijzertje “Ferme de l’Airbois”. Oef! Dat klinkt toch al vertrouwd. Volgt dan nog een drie kilometer lange klim op een verloren privé - landweggetje tot je de top van een heuvel bereikt. Tussen de weiden en bossen ontdek je ineens de duistere silhouetten van drie statige zandstenen gebouwen. En in de verte zie je in de dalen de vele flikkerende lichtjes van de dorpen en straten rondom. En ver, ver weg, aan de gezichtseinder, lijken die lichtjes en de sterren in elkaar over te vloeien. Adembenemend is dat. Je waant je wel een koning. Je tuurt de nachtelijke hemel in. Daar hoog boven je staat Orion, het winterse en machtige sterrenbeeld, als een gigantische letter x oneindig ver boven je. Dan gaat je blik weer naar de gebouwen. Doorheen de kleinhouten ramen merk je de verlichte kamers en straalt de schoonheid en de gezelligheid ervan je zo tegemoet. Naar binnen dus, waar een hoogrode grote houtkachel je in de hal reeds een warm welkom geeft.
Enkele Oeverleden zijn al druk bezig. Heel wat lekkers is ook reeds uit Pieter zijn wagen geladen. We vinden hem in de keuken waar hij nog haastig zijn traditionele krabsla klaarmaakt. Geleidelijk sijpelen ook de anderen binnen. Sommigen ken je reeds, anderen leer je kennen. Zo gaat dat. Vele handen maken het voorbereidende werk licht en even later schuiven we aan voor de traditionele kaas- en wijnavond. Na een aperitief, na verhalen over de te drukke avondspits, en na voor de inwendige mens gezorgd te hebben, komen de gesprekken goed op dreef. “Neen toch! Wonen we echt zo dicht bij elkaar?” en “Ach, ken jij die en die ook?” En hoe verder het avonduur vordert, hoe meer de wereld en onze oogjes steeds kleiner en kleiner worden. En nog wat later, voor sommigen heel wat later, verzinkt alles en iedereen in een diepe nachtelijke stilte. De wereld rust… tot de volgende ochtend.

Trrring!! Plots laat de wekker van zich horen. Ellendeling. We zijn op weekend weet je. Het prachtige natuurlandschap gaat echt niet lopen. Gekraak van stappen op de plankenvloer in de gang. Ingehouden gelach. Het gerinkel van tassen in de keuken. Ja, ik zal weeral niet de eerste uit bed zijn. Ik draai me nog op mijn zij en houd de kussensloop op de beide oren gedrukt. Het helpt niks. Dan maar met het ene been in de richting van het gordijn en deze met de voet zachtjes opheffen. Blauwe hemel. Nu hoor ik ook de vogels fluiten. De wereld is me in het ontwaken weer een hele stap voor. Ik volg. Uiteraard met enige vertraging. En even later sta ik voor het open raam. Frisse lucht. Dat maakt een mens helemaal wakker. En daar beneden je, in de vallei, ligt een prachtig stukje zonbeschenen wereld. De dalen zijn bedekt met een paar laaghangende wolken. Het lijkt wel alsof ze de vele schattige huisjes zachtjes willen toedekken en ze zo behoeden voor de kilte van de ochtend. Hier en daar rukken flauwe nevels de bergflank op en trekken in ijle en bizarre vormen onder je raam voorbij. Fascinerend. Het heeft iets magisch. Je kan er blijven naar kijken, net zoals je kan staren naar de vlammen van een open haard. Het maakt een mens dromerig. Ik zou zo nog een hele tijd kunnen… Hé, dat is de geur van koffie. Dan maar in een hogere versnelling. Vlug douchen, aankleden, en naar beneden.
De tafel staat reeds mooi gedekt, het verse brood is geleverd. “Goedemorgen iedereen. Een goede nacht gehad?” Je ziet allemaal opgewekte gezichten. Er klinken vrolijke woorden. De dag ontvouwt zich als een bloem die steeds meer van haar kleurrijke kelk- en kroonblaadjes te voorschijn tovert, het zonlicht tegemoet. Ach je herkent dat wel. En je kent ook de Oeverse traditie. Een uurtje later hebben we lekker gegeten, zit ons lunchpakket in de rugzak en heeft Pieter snoep, fruit en drankjes klaargezet. We zijn klaar voor de wandeling. De eeuwig enthousiaste Marianne vooraan, de kaart nog even bestuderend. En dit in samenspraak met een steeds goedgemutste Marc, die de laatste cijfers van zijn wandel - GPS controleert. Neen, verloren lopen zit er echt niet in. En daar stapt een stukje Vlaanderen het prachtige Waalse landschap in. Spitsdrukte? Politieke crisis? Bestaan die echt? Je zou het hier niet geloven. Ongeremd en Oeverloos ontspannen, stappen we door bos en weide, heuvel op en heuvel af. Een praatje hier en een babbel daar, terwijl een stukje van de wereld in een steeds wisselend landschap aan onze ogen voorbijtrekt.

Rond de middag komen we in een rustig dorpje waar we op het zonbeschenen terras onze maaltijd nemen. En dan te bedenken dat het nog maar half februari is. Marianne legt me uit wat een curvimeter is en hoe die werkt. Je kan er de lengte van de wandeling mee bepalen door het toestel over de af te leggen weg op de kaart te rollen. In andere gesprekken vang ik nog heel wat Oeverse wijsheden op: “Een goede vriendschap is beter dan een slechte relatie”. Ja, dat moet ik toch noteren. Hoewel ik, indien mogelijk, toch veel liever voor het omgekeerde zou kiezen: “Een goede relatie is beter dan een slechte vriendschap”. Ik verneem ook wat de uitdrukking “een verzekerd orgasme” betekent. Het komt - verassend genoeg - uit de wereld van het verzekeringswezen en betekent dat een welbepaalde zaak opgelost is en het dossier kan worden gesloten. Zou ik nu de enige zijn die hierbij aan heel andere dingen denk? En ook kom ik te weten dat ‘een schaambrok’ het laatste stukje eten is dat op de schotel blijft liggen en dat daarom - op uitzonderingen na - niemand het durft nemen. Na weer een fikse wandeling genieten we in de late namiddag nog van een paar streekbieren in een overjaars en stemmig cafeetje.
Als avondmaal hadden Pieter en Nicole aan een gourmet gedacht. De tafel was vlug gedekt. En als we hierbij ook nog de individuele schoteltjes op de juiste hoogte in het gourmetstel hadden gezet, dan was het plastic handvatje van één der schoteltjes niet tegen het verwarmingselement gekomen. Dan was het ook niet gaan smelten. Dan hadden we geen rookontwikkeling gekend, was de rookmelder evenmin in werking getreden, en zou het brandalarm in het hele gebouw niet zijn afgegaan. Maar ja… een Oeverlid wikt, doch het lot beschikt. Monsieur Alain, de sympathieke en vriendelijke eigenaar, was er als de kippen bij, had de situatie goed ingeschat, de juiste code naast de brandmelder ingetypt en de opdringerig loeiende sirene vrij snel het zwijgen opgelegd. Oef! Een mens kon even later terug normaal ademen. Toen ik hem nadien vroeg of hij geschrokken was, antwoordde hij rustig lachend en met een ietwat Frans accent: “Niet bepaald”. Nu weet ik wat een ‘rookorgasme’ zou kunnen zijn. Het heeft dan helemaal niets met ‘faken’ te maken, maar betreft de spanning die tot een goed einde komt bij een valse brandmelding. Je merkt het, de maaltijd was in meer dan één opzicht behoorlijk hartverwarmend. En in de marge van dit alles toch nog even vermelden dat Nicole en Pieter ons een o(e)verheerlijk en een aan de kalender aangepast nagerecht bezorgden: een Valentijn - ijsje in de vorm van een hartje. Sommige ijsjes waren stevig gevormd, anderen iets weker en wat dunner omdat ze net iets minder lang in de diepvries hadden gestaan. Hoe subtiel wordt hier toch weer een stukje van de diversiteit van het leven weergegeven. Sommige mensen hebben inderdaad een stevig en groot hart, bij anderen is dit uitgesproken dun, week en teergevoelig. Hoe dan ook, als je de inzet van Pieter en Nicole voor Oever beter leert kennen, naast die van vele anderen, dan leer je Oever ook intens waarderen. En dan is je hart als je ijsje: beiden gaan smelten voor de warmte, ofwel van de temperatuur, ofwel van de unieke sfeer die deze vereniging je biedt.
Ach ja, er valt nog zoveel te vertellen. Ik schreef nog niets over de wandeling van zondag. Want ook dan werd er heel wat afgestapt in een enig natuurdecor. Maar er was niet alleen de natuur. Zo zagen we o.m. in Crupet, naast de kerk, de bekoring van de H. Antonius, helemaal en levensgroot uitgebeeld in een rotsachtig tafereel. Met figuren van diverse engelen en één imposante duivel. Het geheel dateert van rond de vorige eeuwwisseling. Het was zowat een bedevaartsoord geworden, met vele bordjes waarop de gelovigen dankbetuigingen hadden vermeld voor bekomen gunsten. Ja, onze voorouders zagen nog een duidelijk verband tussen religie en het oplossen van hun dagelijkse levensproblemen. Je kon iets verder een grot betreden, die de duistere onderwereld moet voorstellen. Via een aantal trappen kon je daarna jezelf verheffen naar een plaats die het vagevuur vertegenwoordigt, tot je uiteindelijk na weer een reeks trappen, helemaal boven kwam, in de open lucht, en waar, onder je voeten, de blauwe vloer je de illusie moet geven dat je uiteindelijk hoog in de hemel bent aanbeland. Het is het volksgeloof, in een notendop samengevat. Het deed me allemaal zowat denken aan de Italiaanse dichter Dante en zijn “Divina comedia”, zijn “Goddelijke komedie”: een beschrijving van een visionaire reis doorheen de hel, het vagevuur en de hemel.
Toen we wat later onze wandeling in de natuur vervolgden, was het op een bepaald moment niet voor iedereen duidelijk dat we ons op privé terrein bevonden. Sommige mensen bezitten nu eenmaal grote bossen, waar je als wandelaar niet in mag, terwijl anderen zich blauw betalen voor een zakdoekje grond achter hun huisje. Die ongelijkheid maakte de oude eigenaar, die in een jeep kwam aangereden, ons pijnlijk duidelijk. We moesten op onze passen terugkeren. De vooraf door de curvimeter berekende lengte van onze uitstap moest dus worden herzien en aangevuld. Maar weet je, als je bij Oever bent, ben je heel soepel. En dat het leven soms heel wat onvoorziene wendingen neemt, daar heb je jezelf als Oeverlid reeds lang mee verzoend.
Ja, er is nog zoveel meer om te vermelden. Een mens geraakt echt niet uitverteld. Maar ik merk dat deze tekst weer veel te lang dreigt te worden. Afronden dus.
Zoals de traditie het ondertussen wil, werd het hele weekend zondagnamiddag afgesloten met lekkere taart en koffie. En nadien met wat afscheidsknuffels. Want ja, zoals reeds gesuggereerd, bij Oever is ons hart een beetje als zo’n ijsje. Het wordt week en smelt bij de warme genegenheid van goede bekenden.
Met verse energie en een hoop leuke herinneringen meer, namen we tenslotte - maar slechts tijdelijk - afscheid van alles en van iedereen, en keerden we in het schemerduister terug naar het vlakke land, dat het onze is.
Walter K
 
 Top
Laatste wijziging: 02/07/2011 22:09:09    
 
© Oever V.Z.W. Durentijdlei 52, 2930 BrasschaatGSM 0478/54 54 54 | pieter@oever.be