Login 
banner
 
 
 
 
Oever !? Activiteiten Nieuwsbrief Ledenluik
   Wie zijn we ?
   Kennis maken
   Lidmaatschap
   FUIVEN Singles
   FAQ - Vragen
   Contact
   Voordeel leden
   Persartikels
   Foto's
   Geschiedenis
   Overzicht website
 
  U bevindt zich hier Oever !? U bevindt zich hier Persartikels terug vorige   print print
delen mail
 
NIEUWSBRIEF
Verzend  Alleen link
ACTIVITEITEN
pijl lMaart 2024pijl r
madiwodovrzazo
    123
45678910
11121314151617
18192021222324
25262728293031
MEEST GELEZEN
Oever !?
Deze week
FUIVEN Singles
Activiteiten
Foto's
Nieuwsbrief
ZOEK op oever.be
google-logoOk
Persartikel van WO 28/02/2007titel
subtitelBelgische alleenstaanden zwaarst belast
 
 
 
Gemiddeld 55,7 procent
 Een Belgische alleenstaande werknemer staat gemiddeld 55,7 procent van wat hij aan zijn werkgever kost af aan de fiscus en de sociale zekerheid.
In geen enkel hoogontwikkeld land draagt een alleenstaande werknemer zoveel af aan belastingen en sociale-zekerheidsbijdragen als in België. Ondanks het streven om de belasting op arbeid te verlagen is die ,,loonwig’’ de afgelopen drie jaar niet verkleind.
Dat blijkt uit gegevens van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling voor 2006. Als men voor een alleenstaande werknemer in België de som maakt van de betaalde inkomstenbelasting en de werkgevers- en werknemersbijdragen aan de sociale zekerheid en daarvan de eventuele uitkeringen in het raam van overheidsprogramma’s aftrekt, staat hij gemiddeld 55,7 procent van wat hij zijn werkgever kost aan de fiscus en de sociale zekerheid af.
In drie andere landen, Duitsland, Hongarije en Frankrijk, komt die loonwig boven de 50 procent uit. Het gemiddelde voor de dertig Oeso-landen bedraagt 37,5 procent. Zuid-Korea en Mexico komen niet eens aan 19 procent.
De afdracht van 55,7 procent in België bestaat voor 21,3 procent uit inkomstenbelasting, voor 10,7 procent uit werknemersbijdragen en voor 23,3 procent uit werkgeversbijdragen. In 2000 bedroeg de loonwig nog 57,1 procent. Sinds 2004 is ze constant gebleven.
Het beeld ziet er iets gunstiger uit voor Belgische echtparen met twee kinderen waar één inkomen wordt verdiend. Daar is de loonwig afgenomen van 42,6 procent in 2000 tot 40,1 procent in 2005 en 2006. België is daar voorbijgestoken door onder meer Frankrijk, Polen en Turkije, waardoor het nog slechts op de zesde plaats staat. Toch is de loonwig nog zeer hoog in vergelijking met het Oeso-gemiddelde (27,5 procent), en zeker in vergelijking met Ierland (2,3 procent) en Nieuw-Zeeland (2,6 procent).
Twee derde van de Oeso-landen hebben een wettelijk minimumloon. In België bedraagt dat een kleine 8 euro per uur. In iets meer dan de helft van de dertig lidstaten van de organisatie is dat minimumloon in recente jaren iets verhoogd, maar in de Verenigde Staten zijn de reële lonen van de werknemers die het minimumloon verdienen beduidend gedaald.
Gemiddeld voegen belastingen en sociale-zekerheidsbijdragen in de Oeso 18 procent toe aan de kostprijs van het tewerkstellen van werknemers tegen het minimumloon.
link Klik hier voor meer info
 
 Top
Laatste wijziging: 22/07/2007 14:20:03    
 
© Oever V.Z.W. Durentijdlei 52, 2930 BrasschaatGSM 0478/54 54 54 | pieter@oever.be